Mei in oktober
Vijf uur in de middag een grote stad
Miezerige regen asfalt glimmend nat
Jachtende wolken en jachtende mensen
Die ’t weer en verkeer verbeten verwensen
Dan plotseling een knul met een vrolijk gezicht
Brutaal op de fiets door helt ‘t licht
Een rooie bos haar die vloekt met z’n pet
In een mand aan z’n stuur een bruidsboeket
Hij ziet op de stoep bij een zebrapad
Een meisje met een strakke pullover
Hij stopt met een ruk en zegt toe dan maar schat
Het meisje steekt heupwiegend over
Hij kijkt ‘r nog na maar het haastig verkeer
Dat dwingt hem venijnig naar voren
Toen heeft ie daar vlak bij het zebrapad
Een roos uit z’n ruiker verloren
’T werd opeens een beetje mei in oktober
’T leek precies of de zon een beetje scheen
Je kon ’t zien aan die uitgebluste ober
Hij werd opeens een beetje vlotter been
Die chique vaste klant keek op vanuit z’n krant
En zei gérard we nemen er nog één
’T was opeens een beetje mei in oktober
’T leek precies of de zon een beetje scheen
Ook buiten op straat is een wonder gebeurd
De grootste chagrijn kijkt goedgehumeurd
’T verkeer is opeens een ballet en ’t lijkt
Of ieder zorgvuldig dat roosje ontwijkt
Een hondje besnuffelt het doodbedaard
Alsof ie alleen daar op straat is
Dan nadert een auto met zeer grote vaart
En remt net nog voor ’t te laat is
Meteen drukt die bink in z’n glimmende slee
Het gaspedaal kwaad naar beneden
Het hondje is ontsnapt maar die kerel heeft
Die roos doodgewoon overreden
Het was opeens toen niet meer mei in oktober
Het leek niet meer of de zon een beetje scheen
Je kon het zien aan gérard die oude ober
Hij voelde plotseling weer die reuma in z’n been
Die chique vaste klant zat triest weer met z’n krant
Vol moord en doodslag moederziel alleen
’T was maar één momentje mei in oktober
Het leek alleen of de zon heel even scheen
Even over vijven een grote stad
Miezerige regen asfalt glimmend nat
Jachtende wolken en jachtende mensen
Die ’t weer en verkeer verbeten verwensen